U ziet duidelijk het verschil in amplitude tussen de standaard RSI(14) en de A_RSI(14).
Ik heb ook even een plaats onderstreept met paarse lijnen waarin duidelijk een divergentieverschil zichtbaar is.
De RSI(14) convergeerde met de koers, terwijl de A_RSI(14) op dat moment sterk divergeerde met de koers.
.
In bovengenoemde links kunt u vinden hoe u kan werken met deze indicator, de regels staan in de diverse stukjes vermeld.
Hieronder plaats ik nog even de regels zoals Sylvain Vervoort die toepast, nagenoeg hetzelfde alleen noemt hij de dingen soms iets anders.
U weet nog wel, wanneer de oscillator en de koers in dezelfde richting bewegen, dan wordt dit convergentie genoemd; terwijl wanneer de oscillator in een tegengestelde richting van de koers beweegt we dit divergentie noemen.
*****
Kijken we naar de bodems van de koers en oscillator:
-> 1Wanneer de koers en de oscillator beide hogere of gelijke bodems plaatsen, dan noemen we dit convergentie, een continuatie van de uptrend is het meest waarschijnlijke.
-> 2 Wanneer de oscillator een hogere bodem plaatst, terwijl de koers een lagere bodem plaatst, dan noemen we dat divergentie. Vaak vindt dit plaats aan het einde van een downtrend, en is dan ook vaak de melding van een mogelijke uptrend reversal.
-> 3 Wanneer de oscillator een lagere bodem plaatst, terwijl de koers een hogere bodem plaatst, dan noem een we dit divergentie. Dit vindt vaak plaats na een correctiegolfje omlaag in een uptrend, wat aangeeft dat er een verdere koersstijging mag worden verwacht.
Kortweg; alleen kijkend naar bodems, kunnen we zeggen dat de koers stijgt:
-> A wanneer er divergentie is tussen de koers en de oscillator
-> B wanneer de koers en de oscillator bodems convergeren.
****
Kijken we naar de toppen van de koers en de oscillator:
-> 1 Wanneer de koers en de oscillator gelijke of lagere toppen plaatsen dan spreken we van convergentie, een continuatie van de downtrend is het meest waarschijnlijke.
-> 2 Wanneer de oscillator een lagere top plaatst terwijl de koers een hogere top plaatst dan spreken we van divergentie. Vaak ziet u dit ontstaan aan het einde van een uptrend, wat vaak de melding is van een mogelijke downtrend reversal.
-> 3 Wanneer de oscillator een hogere top plaatst terwijl de koers een lagere top plaatst, dan spreken we van divergentie. Dit komt vaak voor in een downtrend na een correctiegolfje omhoog, waarna de meest verwachtte koersrichting verder omlaag is.
Kortweg, alleen kijkend naar de toppen, kunnen we zeggen dat de koers daalt:
-> A wanneer er divergentie is tussen koers en de oscillator
-> B wanneer de koers-top en de oscillator-top convergeren in een downtrend.
**
Ik stop hier, omdat het verder een herhaling wordt van de stukjes die in boven genoemde links al te lezen zijn.
.
Ik heb voor TA-script de A_RSI geschreven in ta-script code.
U vindt de op het ta-script forum in de Gann topic, onder de datum 21-November-2010, via de link: http://ta-script.com/forum/viewtopic.php?t=546&start=195
Scroll daar aangekomen even omlaag naar de juiste datum.
.
Enkele eigenschappen van deze indicator:
** De periode van de A_RSI is vrij instelbaar, default=14.
** Er kan uit drie soorten middeling worden gekozen, default = Exponentieel.
** De MA9 en de EMA45 ( Brown) zijn in- en uit-schakelbaar.
** Er kunnen drie referentielijnen worden opgegeven, bijvoorbeeld 50% en dan nog twee lijnen voor de range-rules of wanneer u dat zo wilt voor OB en OS.
** Voor elke lijn kan een verschillende kleur worden opgegeven.
** Wanneer in de grafiekeigenschappen -sectie wordt opgegeven dat er geen naam moet worden geplaatst boven de grafiek, kan de naamvermelding van deze indicator worden aangezet, met een zelf op te geven kleur, positie, en tekstgrootte.
.
Laten we nog even snel kijken naar een praktijkgeval, voor dit stukje even de daggrafiek van de DAX over de laatste maanden.
Grafiek 2:
U ziet hier weer de paarskleurige strepen, op dezelfde plaats als in grafiek 1 hierboven.
Dit is een duidelijk voorbeeld van hetgeen hierboven geschreven is bij 'bodems' onder ->3 waar te lezen staat:
-> 3 Wanneer de oscillator een lagere bodem plaatst, terwijl de koers een hogere bodem plaatst, dan noem een we dit divergentie. Dit vindt vaak plaats na een correctiegolfje omlaag in een uptrend, wat aangeeft dat er een verdere koersstijging mag worden verwacht.
U kon dus na die bodem begin oktober aan de hand van deze regel een verdere stijging verwachten omdat het zeer waarschijnlijk de bodem van een correctiegolfje betrof.
Kijkt u nu eens naar de bodems in November, ruwweg in het gebied van de gele 1/8 en de rode 2/8 lijn in het MurreyMathframe; u ziet het al -> zelfde verhaal.
.
U ziet in grafiek 2 dat op de genoemde momenten hierboven de oscillator een in verhouding tot de koersbeweging enorme beweging maakt.
Mevrouw Connie Brown beschrijft dit verschijnsel als volgt in haar boek:
"When an oscillator advances or declines disproportionately to the market s' movement, you are on the wrong site of the market if you are positioned with the oscillator"
.
Let u ook even op de toppen van de laatste weken ? , Goed zo ;)
.
Trouwens mooi om te zien hoe de koers tussen die momentum lijnen loopt in het Murreymath frame.
Ziet u ook de 'Doji-Star' welke afgelopen vrijdag 19-November in de grafiek geplaatst is, mits deze op maandag wordt bevestigd kan dat een belangrijk reversal patroon worden.
.
Wordt vervolgt.
.
Vriendelijke groet,
Jan ;) jan@jstas.com
.